WASSENAER (Philips I van) (1), stamvader van het beroemde, thans nog bloeiende geslacht, overl. ± 1225, wordt het eerst vermeld in een oorkonde van 1200; het is onbewezen, dat hij, zooals sommigen willen, een jongere zoon was van den burggraaf van Leiden. In den loonschen oorlog behoorde hij onder de edelen, die den lateren graaf Willem I het krachtdadigst hielpen, stond aan het hoofd der beweging in Rijnland en was later een der voornaamsten aan het hof van
dien graaf. Hij liet twee zoons na: Dirk I zijn leenvolger (kol. 1520) en Philips, die volgt.
Zie: Obreen, Gesch. gesl. Wassenaer 10.
Obreen
