NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 06-05-2022

Reede van de parkelaar, johan frederik baron van (1)

betekenis & definitie

REEDE VAN DE PARKELAAR (Johan Frederik baron van) (1), heer van de Parkelaar. Geb. te Deventer 20 Maart 1684, overl. op de Parkelaar 6 Oct. 1735; zoon van Ernst (kol. 1031) en van Ida Lucretia van der Beeck.

Hij heeft te Harderwijk in de rechten gestudeerd (ingeschreven 19 Sept. 1704), werd 11 Febr. 1717 ambtsjonker van Voorst en vier dagen later in de ridderschap van Veluwe beschreven.

Hij huwde 20 Mei 1716 te Ter Aa met Joanna Adriana van Renesse (1694-1762), dochter van Maximiliaan Jacob, heer van Wesenthorst, en van Susanna Geertruid van Bodeck tot Marwitz. Zij werden de ouders van vijf kinderen n.l. Ernestina Lucretia, gehuwd met Wijnand Maximiliaan van Renesse. (Van haar bestaat een portret door J. van den Kerckhove). Maximiliaan ging tot de r. kath. kerk over en stierf ongehuwd. Frederik Godard gaat hiervóór. Jan Pieter Nicolaas (1721-1797), kocht in 1764 Nijeveld van de familie Milan Visconti en erfde in 1777 van zijn oom Reinoud

Abraham van Renesse de heerlijkheid Ter Aa; hij was luitenantkolonel in het regiment Maleprade, huwde in 1780

met Christina Boomhof en vormde met zijn nakomelingen de branche van Reede van (tot) ter Aa, thans alleen nog in de vrouwelijke lijn voortlevende. De jongste zoon eindelijk, Diederik Jacob (1725-1797), kapitein der infanterie en raad ter Admiraliteit van Zeeland, kocht in 1767 het kasteel Nijeveld van zijn broeder, staat bekend onderden naam van Reede van Nijeveld, doch hield uit zijn huwelijk met Elisabeth Wilhelmina van Utenhove slechts één dochter over: Johanna Geertruid Maria, die in 1849 overleed als weduwe vanJohan Antony Edler van Lawick van Pabst.

Zie: d' Ablaing, Ridderschap van de Veluwe, 379, 405; Nederl. Adelsboek, 1908; Moes, Icon. Bat. no. 6257; van Doorninck, Gesl. Aant. 478.

Regt

< >