KUYPERS (Frederik Hendrik Willem), hoofdofficier bij de artillerie en districtsschoolopziener, geb. 19 Mei 1817 te Maastricht en overl. 19 Mrt. 1892 te St. Anna, bij Nijmegen. Het voorbeeld van zijn vader en grootvader volgend, die ook beiden bij de artillerie werkzaam waren geweest, trad hij reeds op 14-jarigen leeftijd in dienst, klom spoedig in rang op, werd in 1838 op zijn verzoek overgeplaatst naar Indië en ald. in 1840 tot 1sten luitenant en in 1845 tot kapitein bij het wapen der artillerie bevorderd. Zes jaar later volgde zijn benoeming tot majoor-commandant der art. op de Westkust van Sumatra, en in 1854 die tot commandant van dat wapen in de 2de militaire afdeeling op Java. Wegens verergerde bijziendheid met verlof naar Nederland gezonden, vroeg K. op 38-jarigen leeftijd eervol ontslag uit den militairen dienst, en vestigde zich voorloopig te Zwolle. In 1867 werd hij tot schoolopziener in het 10de district van Gelderland benoemd, en na de reorganisatie van het schooltoezicht bij de nieuwe wet op 't L.O. van 1878, tot schoolopziener in het toen gevormde district Tiel (Sept. 1880). Tot 1890 is hij het bij onderwijs werkzaam gebleven. Toenemende gezichtsverzwakking noopte hem in dat jaar zijn ontslag ook uit dezen dienst te vragen. Twee jaar later overleed hij.
Het hoofdwerk van Kuypers is: Geschiedenis derNederl. Artillerie van de vroegste tijden totop heden (1869-74, 4 dln.), dat in den Militairen Spectator van 1871, No. 1, 1873 No. 11 en 1875, No. 2 zeer gunstig werd beoordeeld. Verder schreef hij verschillende opstellen in de volgende jaargangen van genoemd tijdschrift: 1855, 56, 57, 1862 en 66; alsmede een Geschiedenis derNederl. Pontonniers van de 15de eeuw tot op onze dagen, dat in 1884 voltooid werd, doch alleen in handschrift bewaard gebleven is.
Zie: Levensber. Letterk 1893, 1.
Zuidema
