DUVENVOORDE (Arent IV van), heer van Duvenvoorde en Starrenburg, zoon van den voorg., in 1386 beleend met de erfgoederen zijns vaders, komt 1424 het laatst voor. Hij was in 1392 betrokken in den moord op Aleyd van Poelgeest, verkreeg 1394 vergiffenis van hertog Albrecht, welken hij in diens friesche oorlogen volgde.
Hij bleef een getrouw dienaar van graaf Willem VI en diens dochter Jacoba en maakte in 1424 met zijne vrouwzijn testament. Hij was gehuwd met Elburg van Cralingen waarschijnlijk dochter van Ogier, welke hem het slot Starrenburg (onder Rotterdam) mee ten huwelijk bracht Zij lieten na: Jan 1 (kol. 771) en Badeloch in 1424 reeds gehuwd met Willem van der Bouchorst.Zie: Obreen, Gesch. gesl. Wassenaer 80.
Obreen
DUVENVOORDE (Arent V van), ridder, heer van Duvenvoorde en den Bossche, zoon van Jan I (kol. 771). Hij werd 1462 beleend en overl. 1483. Hij was onder de stemhebbende edelen in de Staten van Holland (1465). Hij huwde (l465) Margaretha van Yselstein,vrouwvandenBossche,dochtervanGijsbert bijAdriana van Swieten. Zij overl. 1529 en schonk haren man 7 kinderen o.a.: Jan II (kol. 771), Gijsbert I, stamvader van den tak Obdam (kol. 769), Jan (4), stamvader van den tak Warmond (kol. 772), Maria, echtgenoote van Jacob Oem, ridder, heer van Wijngaarden enz., schout van Dordrecht en baljuw van Zuid-Holland, overl. 1529, enArnoldina, vrouw van Mr. Floris Oem, pensionaris van Dordrecht (1518), en later raad in het Hof van Holland.
Zie: Obreen, Gesch. gesl. Wassenaer 83.
Obreen
DUVENVOORDE (Arent VI van), ridder, heer van Duvenvoorde enz., zoon van Jan II, (kol. 771), beleend 1545, hoveling van Karel V, hoogheemraad van Rijnland, overl. 1558. Bij zijne vrouw Johanna van Lokhorst, dochter van Gerrit, heer van L. en Sliedrecht, en van Cornelia van Abcoude van Driebergen, had hij geen kinderen, zoodat zijn neef Arent VII (die volgt) zijn erfgenaam werd.
Zie: Obreen, Gesch. gesl. Wassenaer 88.
Obreen