CONRADUS, abt van Kloosterrade te Kerkrade, Limburg. Hij wordt het eerst als zoodanig vermeld in eene oorkonde van Maart 1252 en het laatst in 1268.
Zie: N. Heyendal, Continuatio Annalium Rodensium, ed. E. Lavalleye in deel VII der Histoire du Limbourg van S.P. Ernst (Lu i k 1852) 83-87; D.D. Brouwers, Histoire du chapitre noble de Sinnich (Verviers 1904) 107-110. Goossens
COOL (Jacobus), was orgelmaker te Dordrecht tusschen 1692, toen hij een herstelling deed aan het orgel in de Nieuwe kerk te Middelburg (ArchiefZeeuwsch Gen. VIII 4e st. (1901) 108) en 1710, toen het orgel in de Groote kerkte Goes door hem verbeterd werd (Hess, Disposten 33; v.d. Aa, Aardrijksk. Wrdb. IV, 624; vgl. Buil. v.d.
Oudheidk. Bond 1901/2, 171). Van zijn overige werkzaamheden zij genoemd vóór 18 Oct. 1694 herstel van het orgel in de St. Janskerk te Gouda (Alg. Ned. FamiliebladXII (1895) 35 (het jaartal 1664 daar genoemd is fout voor 1694), en nieuw-bouw van een orgel in de Walsche kerk te Rotterdam volgens contract van 1 April 1705(Resol. van Burgem. van Rotterdam III, fol. 12v.).
EvenalsAntoni Cool (zijn vader?), die in 1671 organist te Dordrecht was (Gregoir, Historique de la facture et des facteurs d'orgue 119), was hij ook clavecimbelmaker. Van dezen Antoni of van diens geljknamigen kleinzoon(?) 23 Juni 1731 in het leidsche Album Studiosorum ingeschreven (Bouwst. III, 6) was aanwezig een fraai clavecimbaal, zijnde een staartstuk met twee clavieren in verk. coll. Leon Bouman, Leiden 1802.
Enschedé