BOETZELAER (Philips Jacob des H.R.R. graaf van den) (5), ofwel van den Boetzelaer Langerak, heer van Asperen en Langerak, geb. 23 Maart 1690, overl. te Utrecht 9 Dec. 1772, zoon van Philips Jacob (4), hiervóór, en van Pauline Ibeman.
Hij werd in 1713 te Utrecht student in de rechten, werd bij testamentaire beschikking van Anna Magdalena van den Boetzelaer (zie op Philips Jacob) in 1721 heer van Asperen en kocht in Juli 1737 van Freda Maria, burggravin van Dohna, de heerlijkheid en de ridderhofstad Langerak, die vroeger aan zijn geslacht hadden behoord; hij werd er 27 Sept. 1737 mee beleend.