NBW

Redactie P.C. Molhuysen en PJ. Blok (1914)

Gepubliceerd op 11-05-2022

Boecop, ludovicus theodorus franciscus wernardus baron van

betekenis & definitie

BOECOP (Ludovicus Theodorus Franciscus Wernardus baron van), geb. te Geertruidenberg 16 April 1795, overl. op den huize Rijnlust bij Utrecht 27 Febr. 1866. Hij was een zoon van L.T.J. (kol. 378) uit diens eerste huwelijk, en werd

op het bekende St. Cyr bij Parijs opgeleid; reeds in 1811 werd hij tot 2en luitenant benoemd en in hetzelfde jaar tot 1en luitenant bevorderd. 6 April 1815 kapitein geworden maakte hij verschillende veldtochten mede. Bij de oprichting van de Kon. Mil. Academie in 1828 werd hij aan die inrichting geplaatst en gaf onderricht in de taktiek. Hij was de bewerker van het toen bekende duitsche standaardwerk over de taktiek van von Decker.

Bij de tijdelijke opheffing der Academie (1830) werd hij belast met het bevel over de compagnie vrijwillige leidsche jagers. Op 16 Sept. 1832 werd hij tot majoor, op 27 Mrt. 1841 tot luit. kolonel en op 30 April 1848 tot kolonel bevorderd. Hij was ridder van de Militaire Willemsorde, en sedert 1854, als generaal-majoor, lid van het Hoog Militair Gerechtshof. Hij huwde te Warmond op 11 Mei 1820 metCornelia Paulina van Steenhardt, ged. te Nijmegen 8 Juli 1793, overl. te Oosterbeek 17 Sept. 1868.

Uit familieberichten en Bosscha, Neerl. Heldend. te Land III, 531.

Eysten

< >