(Gr. Amphiaraos), zoon van Oecles en Hypermnestra, gemaal van Eriphyle.
Hij was o.a. een der Argonauten; hij bezat de gave van het voorspellen en verstond de zienerskunst. Dientengevolge wetend dat een deelnemen aan de veldtocht der Zeven tegen Thebe, voor hem de dood zou betekenen, weigerde hij aanvankelijk zich bij deze onderneming aan te sluiten. Toen zijn echtgenote Eriphyle hem niettemin wist te dwingen mee te gaan, droeg hij zijn zoon Alcmaeon op zijn dood te wreken. Bij de belegering van Thebe redde Zeus hem uit de handen van zijn vijanden, door de aarde open te splijten en de held te doen verdwijnen; beroemd was zijn orakel te Oropus in het N.W. van Attica. Men offerde daar een zwarte ram en legde zich te slapen op de vacht van het offerdier; in de droom openbaarde zich dan de godheid.ICONOGRAFIE Beroemd is de Corinthische krater (6de eeuw v. C.) te Berlijn, waarop het vertrek van Amphiaraus naar Thebe wordt voorgesteld. De held bestijgt zijn wagen, het zwaard in de hand, terwijl van terzijde de ziener, die de tragische afloop voorziet, in treurende houding terneder zit.
Zie Hypermnestra, Eriphyle, Zeven tegen Thebe, Alcmaeon