(eig,: Rackstraw), * 5. 1. 1823 te North Cheam (Surrey), ✝ 2. 7. 1895 te Londen. Was leerling van J.
Purkis, Bennett en het cons. te Leipzig en trad aanvankelijk als pianist op. Later, katholiek geworden, organiseerde hij uitvoeringen van oude kerkmuziek, hield voorlezingen aan de R. A. M. en R. C. M. Componeerde cantates, madrigalen en pianomuziek, harmoniseerde Gregoriaansche melodieën en schreef o.m. een biografie van Händel (1883), welke Chrysander sterk becritiseerd heeft. A general history of music (1886, 3de dr. 1897). Mendelssohn (1884), en in samenwerking met O. Goldschmidt Jenny Lind (1891).