* 7. 7. 1872 te Erfurt, violist en dirigent. Begon zijn loopbaan als concertmeester bij verschillende orkesten, werd 1895 stedelijk kapelmeester te Barmen, 1896 leeraar te Lübeck, kwam 1898 te Leipzig, waar hij eenige jaren kapelmeester was van den stadsschouwburg, van 1906 tot 1909 aan het hoofd van den Riedel-Verein stond en van 1909 tot 1914 dirigent was van het door hem opgerichte Philharmonisches Chor.
Van 1911 tot 1914 was hij tevens hofkapelmeester te Brunswijk. Van 1915 tot 1918 was hij operadirigent te Rostock, Den Haag, Brussel, Gent, Brugge, Antwerpen, en in 1919 kwam hij te Berlijn, waar hij dirigent werd van het Philharmonisches Orchester, als leeraar optrad bij de „Akademie für Kirchenund Schulmusik” en sinds 1924 dirigent van het Akademisches Orchester is.