✝ 1577 te Dresden, componist, vermoedelijk Nederlander. Vervulde te Dresden het ambt van hofkapelmeester.
Schreef hoofdzakelijk kerkmuziek, waaronder eenvoudige driestemmige liederen voor koorknapen (Catechesis), verder 24 officia, missen, motetten en Duitsche liederen. O. Kade schreef een door „Toonkunst" in 1862 bekroonde verhandeling over den componist.