Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Ludwig bonvin

betekenis & definitie

* 17. 2. 1850 te Siders (Zwitserland), eerst geneesheer, daarna geestelijke (1885 te Liverpool tot priester gewijd), in 1887 dirigent bij het Canisius-college te Buffalo. Componist van orkestwerken, symphonieën, kamermuziek, missen, offertoria en talrijke liederen.

< >