* 27. 4. 1802 te Nyon, ✝ 14. 3. 1861 te Parijs, componist. Leerling van Moscheles, Zingarelli, enz.
Hoewel Rossini hem pousseerde, slaagde hij er niet in met zijn opera's succes te behalen, noch te Genève waar hij zich 1821 vestigde noch te Parijs, waarheen hij zich 1823 begaf. Meer genoegen beleefde hij van zijn kerkmuziek, doch zijn naam dient in de eerste plaats genoemd te worden als die van den oprichter der „Ecole Niedermeyer", de bekende inrichting voor kerkmuziek. Hij schreef missen, motetten, voorts orgelstukken, liederen (bekend o.a. Le lac), pianostukken, enz.