* 29. 3. 1747 te Erfurt, ✝ 29. 3. 1822 te Moskou, van oorsprong pettenmaker, was tevens organist in zijn geboortestad, vestigde zich 1780 als muziekhandelaar, doch wist zich op te werken tot keiz. kapelmeester te St. Petersburg (1792) en leeraar aan het cons. te Moskou (1794).
Is een der begaafdste pianocomponisten van zijn tijd geweest. Veel van zijn werk (sonates, concerten, fantasieën) is bewaard gebleven. In nieuwe uitgaven verschenen behalve de bekende D mol-Gigue, zes sonates uit het jaar 1780 (bij Litolff), alsmede eenige fantasieën, rondo's en variaties (in Riemann's Schule des Vortrags. Schuberth & Co.).