Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Johann crüger

betekenis & definitie

* 9. 4. 1598 te Grossbreese, ✝ 23. 2. 1662 te Berlijn, organist, vruchtbaar componist van kerkelijke gezangen, waarvan nog verschillende (Nun danket alle Gott, Jesus meine Zuversicht e.a.) nog in de Prot. Kerk gezongen worden.

Daaronder zijn gezangen op teksten van P. Gerhardt, Heermann, Rist, enz. Zijn gezangboek: Praxis pietatis melica werd in de 17de eeuw algemeen gebruikt en beleefde 45 drukken. Zijn Synopsis musica, uit 1630, is als studieboek voor muziektheorie algemeen gebruikt geworden.

< >