Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Johann adolph hasse

betekenis & definitie

gedoopt 25, 3. 1699 te te Bergedorf, ✝ 16. 12. 1783 te Venetië, echtgenoot van bovengen., een zeer vruchtbaar componist. Begon zijn loopbaan als tenorzanger te Hamburg en Brunswijk, begaf zich 1722 naar Napels, waar hij Porpora en A.

Scarlatti als leermees-ters mocht hebben en verwierf reeds spoedig naam met zijn opera's. In 1727 werd hij benoemd tot dirigent aan het Cons. degli Incurabili, 1731 dirigent te Dresden, waar hij, uitgezonderd een vrij landurig verblijf in Italië, van 1740 tot 1756 als dirigent gevestigd was. In 1756 ging hij opnieuw naar Italië, kreeg 1763 ontslag uit zijn ambt te Dresden en vertrok eerst naar Weenen, ten slotte naar Venetië. Hasse heeft buitengewonen invloed gehad op de toonkunst der achttiende eeuw. In samenwerking met den tekstdichter Metastasio is hij de beheerscher geweest van de Italiaansche opera van die dagen en eerst aan Gluck is het gelukt de kunst daarvan te bevrijden. Op hem, die na hem kwamen, op Haydn en Mozart heeft hij grooten invloed gehad en de Italiaansche symphoniecomponisten zijn als navolgers van Hasse te beschouwen. Hasse heeft verbazend veel gecomponeerd, o.a. 80 opera’s, 14 oratoria, missen, cantates, pianosonates, doch zijn werk heeft voor ons slechts historische waarde: Zie: K. Mennicke J. A. H. (1904) en van denzelfden: Hasse und die Brüder Fraun als Symphoniker (1906).

< >