Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Johan rogmans

betekenis & definitie

(Portret: plaat 74), * 23. 10. 1852 te Haarlem, ✝ 17. 10. 1911 te Amsterdam, is vele jaren onze vermaardste tenorzanger geweest. Toen hij als onderofficier te Gouda in garnizoen lag, trad hij des Zondags in de R.

K. kerk bij den eeredienst als solozanger op. Zijn fraaie stem trok dermate de aandacht, dat men hem aanried zich als zanger te bekwamen. Hij nam lessen bij Molkenboer en debuteerde in 1881 in „Die Jahreszeiten" met zoo groot succes dat hij binnen weinig weken beroemd was. Hij stelde zich daarna nog onder de uitmuntende leiding van Joh. Messchaert, zoodat hij tot een degelijk toonkunstenaar gevormd werd. Intusschen vervulde hij vele jaren een betrekking op een handelskantoor te Amsterdam. Overal in ons land, in België en Duitschland is Rogmans sindsdien als oratorium-zanger opgetreden en overal wist hij met zijn fameuse stem te imponeeren. Na zijn vijftigste jaar trok hij zich uit het muziekleven terug.

< >