Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Gustav düben

betekenis & definitie

* 1624 te Stockholm, ✝ 19. 12. 1690 aldaar, zoon van vorengenoemde, evenals deze organist der Duitsche kerk en hofkapel* meester, heeft tijdens een veeljarig verblijf te Hamburg een omvangrijke verzameling, van kerkelijke en wereldlijke muziek van Duitsche kunstenaars bijeengebracht, welke thans de universiteitsbibliotheek te Upsala bezit.

Zijn zoons, Gustav en Andréas, zijn hun vader opgevolgd en in den adelstand verheven.

< >