Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Friedrich kiel

betekenis & definitie

* 7. 10. 1821 te Puderbach, ✝ 13. 9. 1885 te Berlijn, componist. Begon zijn carrière als concertmeester te Berleburg, ging met een toelage van den koning van Pruisen 1842 naar Berlijn, waar hij contrapunt leerde van Si W.

Dehn en bleef in Pruisens hoofdstad gevestigd. In 1865 werd hij lid der kunstacademie, 1868 professor en leeraar in de compositie aan de Hochschule für Musik. Zijn voornaamste werken zijn een Missa Solemnis, twee Requiems, pianokwartetten en kwintetten, de oratoria Christus, Der Stern von Bethlehem, Stabat Mater, Tedeum, sonates voor viool en piano, werken voor kamermuziek, pianosolo, enz.

< >