* 16. 2. 1826 te Brunswijk,✝ 22. 5. 1878 te Leipzig, componist. Was aanvankelijk officier, studeerde compositie bij Hauptmann en vestigde zich te Leipzig.
Componeerde enkele opera's die succes hadden: Der Haideschacht (1868), Der Erbe oon Morley (1872), Die Hochländer (1876), ouvertures, pianocomposities, koorwerken enz. H. was voorzitter der Bachvereeniging en oprichter van de Leipziger Bachvereeniging. Een rijk legaat van hem (het H. Stift) ten behoeve van onbemiddelde muziekstudeerenden kent aan zeven leerlingen van het cons. vrij levensonderhoud toe („die sieben Raben").