* 6. 7. 1892 te Oldenburg, componist. Leerling van Mayer-Mahr aan het Klindworth-Scharwenka Konserv. en van Georg Schumann in de Meisterklasse van de Hochschule te Berlijn.
Woont te Hamburg. Componeerde o.a. een symphonische suite voor piano en ork. op. 3, een kamersinfonie op 8a, een Sinfonietta v. kl. ork. op. 9, Preludio en Fuga voor strijkorkest op. 8b, een Serenata v. strijkkwartet, fluit en piano op. 23, variaties en fuga over een Bretonsch thema v. piano op. 4, Legende voor orkest op. 11, begeleidende muziek voor Shakespeare's Sommernachtstraum op. 14a, voor Goldoni's Kaffeehaus op. 18, een suite 1924 voor viool en piano (op. 20) en liederen, alsmede een komische opera Die schwarze Kctmmer op. 27 (1928).