* 17. 7. 1867 te Börnersdorf, studeerde te Dresden (o.a. bij Draeseke en Scheidemantel), werd 1896 hoofdleeraar voor muziek aan de kweekschool voor onderwijzers te Dresden, 1898 directeur van het seminarie voor muziekonderwijzers, 1913 een der directeuren van het cons. Richtte de „Monatschrift für Schulgesang" op en was als criticus werkzaam.
Schreef ook een Lehrgang im Gesangunterricht (1907/08, 2 dln, 3e druk 1914).