(Ital.) Fr.: divertissement.
1. Instrumentaal werk, bestaande uit 4 of meer deelen, verwant aan suite en serenade. Het divertimento was, evenals de cassation, notturno en serenade een voorlooper van het strijkkwartet. Het onderscheidt zich van de suite, doordat er niet overwegend dansvormen in voorkomen; van de strengere vormen, als sonate en symphonie, door eenvoudiger bouw en een grooter aantal onderdeelen. Mozart schreef o.a. divertimenti voor verschillende bezettingen, bijv. voor 2 violen, 2 alten, fluit, hobo, fagot, 4 hoorns en bas; voor 2 fluiten, 5 trompetten, 4 pauken (divertimento of serie van „entrées”); voor 2 hobo's, 2 clarinetten, 2 Eng. hoorns, 2 hoorns, 2 fagotten.
2. Dans-intermezzo in de opera, vooral in Frankrijk. „Divertimento" staat in dit geval dicht bij ballet of ballet-deel.
3. Licht, onderhoudend muziekstuk van los samenhangende structuur, gewoonlijk voor soloinstrumenten met begeleiding. In onbruik geraakt genre.
4. Tusschenspel in fuga (zie daar).