Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Cornelis buskop

betekenis & definitie

(Boscoop, Buscopius), * begin 16e eeuw, ✝ 9. 10. 1573 te Amsterdam, organist en comp. volgde in 1573 Sweelinck op als organist der Oude Kerk te Amsterdam, stierf echter spoedig daarna. Van hem zijn bekend Psalmen Davids, vijftich met vier partijen, seer suet ende lustig om te singen ende spelen op verscheidene instrumenten (Dusseldorp 1568).

< >