Lofzang, zangstuk van verheven karakter. In het Gregoriaansche gezang komen, behalve de volgende cantica, ontleend aan het Oude Testament, t.w. Benedicite omnia opera Domini, (Cant. der 3 jongelingen; boek Daniël) Cantemus Domino, (Cant. van Mozes; boek Exodus) Domine audivi (Cant. van Habakuk) en Ego dixi (Cant. van Ezechias; boek Jesaja) nog de volgende cantica voor: Benedictus Dominus Deus Israël, (Cantic.
Zachariae), Magnificat anima mea (Cantic. B. Mariae Virginis) en Nunc dimittis (Cant. Simeonis).