Muziek lexicon

Mr. G. Keller en Philip Kruseman (1932)

Gepubliceerd op 15-06-2021

Apollo

betekenis & definitie

zoon van Zeus en Leto, oorspronkelijk een akkergod, God der Zon, is later bij de Grieken in het bijzonder de schutspatroon der schoone kunsten geworden, aanvoerder der Muzen, beschermer der muziekbeoefenaars. De Romeinen hebben de Apollovereering van de Grieken overgenomen.

Eerst was hij hun de schutspatroon tegen epidemieën, later de godheid der schoone kunsten, te wiens eere feestelijke spelen werden ingesteld.

< >