* 18. 9. 1856 te Erlau in Lijfland, ✝ 28. 9. 1922 te Riga, organist en comp., was 1875—82 leerling v. h. conserv. te St. Petersburg (R.
Korssakof) en 1882—1916 leeraar a. d. Keiz. Muziekschool te Charkof, keerde daarna naar Riga terug. Bekwaam organist en hoornist, verzamelaar en bewerker van Lettische volkswijzen en componist van nationaalgetinte werken: Symph. gedicht, marschen, volksdansen, cantates, een Concerto elegiaco op. 11 voor cello, ballade voor viool, liederen en koren. J. wordt beschouwd als de belangrijkste Lettische componist.