* 25. 10. 1864 te Moskou, comp., studeerde aan het conserv. aldaar (piano Safonof) en te St. Petersburg (theorie Rimsky-Korssakof).
Tot voor kort (1928) was hij als prof. in de compositie aan de staatsmuziekschool te Moskou verbonden, thans woont hij meest buiten zijn vaderland. G. is componist van vele liederen (ook hier te lande gewaardeerd) en vele andere werken. Comp. liederen (op. 1, 5, 7, 15, 20, 51) en koorliederen, sonate D dur voor viool en piano (op. 87), 3 strijkkwartetten, vier symphonieën, muziek bij het sprookjesdrama Sneeuwwitje van Ostrowsky en bij Czaar Feodor en Iwan de verschrikkelijke alsmede de opera's Dobrynja Nikitisch (1903) en Suor Beatrice (1911).