(Vilvoorde 1901-Brussel 1988), Belgisch componist, muziekrecensent, studeerde bij o.a. Gilson en Dukas.
Was leraar aan het conservatorium van Brussel (van 1949-1966 directeur). Lid van Les Synthétistes en medeoprichter (met Gilson) van La revue musicale belge.Tevens voorzitter van de jury van de Internationale Muziekwedstrijd Koningin Elisabeth. Zijn oeuvre verenigt soberheid met klaarheid, openhartigheid van karakter, lust voor het spel in de muziek. ritmische spanning en een bijtende humor a la Uilenspiegel. Het omvat orkestwerken: symfonieën, Symfonisch allegro (1935), Ouverture joyeuse (1934), Concerto voor piano en orkest (1959); oratoria; pianomuziek; balletten; opera’s: o.a. Het ingebeelde eiland (1925), Moretus (1944).