(Zoerle-Parwijs 1823-Zemst 1881), Belgisch organist en muziekpedagoog, studeerde aan het conservatorium te Brussel, waar hij van 1847-1868 orgelleraar was. Hij maakte vele concertreizen in Europa.
In 1879 stichtte hij te Mechelen de School voor Godsdienstige Muziek (later het Lemmensinstituut). waarvan hij tot zijn dood directeur was. Door zijn onderwijs (van o.m. Guilmant en Widor), zijn École d’orgue basée sur te plain chant, is hij de vader van de Belgisch-Franse orgelschool en bracht hij West-Europa opnieuw de principes van het legato- en pedaalspel bij.