(Brussel 1865-aldaar 1942), Belgisch componist en muziekpedagoog, studeerde aan het conservatorium te Brussel, waar hij later leraar harmonie werd. Was van 1908-1930 inspecteur van het muziekonderwijs, dat hij op hoger niveau bracht.
Zijn composities worden gekenmerkt door stevige vormgeving, expressieve melodieën en schitterende orkestratie. Hij verwierf internationale faam met zijn symfonisch werk La mer (1890). Zijn werk omvat voorts Symfonische variaties (1903), het oratorium Francescada Rimini (1892), opera’s (o.a. Prinses Zonneschijn, 1903), balletmuziek, fanfare- en harmoniemuziek.