(Bandung 1907-Maarheze 1987), Nederlands componist, behaalde 1931 te Delft het ingenieursdiploma. Als componist was hij grotendeels autodidact.
Hij was o.m. directeur van het conservatorium in Den Haag (1941-1945), hoofdleraar compositie aan de Musikhochschule te Stuttgart (19621972) en vervulde (1961-1977) tevens een leeropdracht voor akoestiek en elektronische muziek aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. Sinds 1945 wijdde hij zich vnl. aan het componeren. Zijn omvangrijk oeuvre omvat o.a. 14 symfonieën, soloconcerten, ouvertures, kamer- en orgelmuziek, opera’s (o.a. De Nachtwacht. 1942; Martin Kor da D. P., 1960), oratoria, ballet- en toneelmuziek, elektronische muziek (o.m. Lucebert-liederen, 1964). Zijn werk verraadt invloed van W.Pijper en Hindemith.