vertellen - regelmatig werkwoord
uitspraak: ver-tel-len
1. het mondeling of schriftelijk doorgeven
♢ mijn opa kan prachtig vertellen
Regelmatig werkwoord: ver-tel-len
ik vertel
jij/u vertelt
hij/zij vertelt
wij/zij/jullie vertellen
ik/jij/u/hij/zij vertelde
wij/zij/jullie vertelden
hij heeft verteld
de/het/een vertelde ....
vertellend, vertellende
Synoniemen
verhalen
Gepubliceerd op 14-11-2017
vertellen
betekenis & definitie