Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

opfokken

betekenis & definitie

opfokken - regelmatig werkwoord
uitspraak: op-fok-ken

1. ervoor zorgen dat hij volwassen wordt
ik heb die pup van jongsaf opgefokt
2. gemeen plagen
♢ laat je toch niet zo opfokken door dat vervelende joch!
3. veel druk uitoefenen om iemand iets te laten doen
♢ ik heb me laten opfokken om mee te doen aan die demonstratie
4. nerveus maken
♢ je moet je niet zo laten opfokken voor dat proefwerk

Regelmatig werkwoord: op-fok-ken
ik fok op (... ik opfok)
jij/u fokt op (... jij opfokt)
hij/zij fokt op (... hij opfokt)
wij/zij/jullie fokken op (... wij opfokken)
ik/jij/u/hij/zij fokte op (... ik opfokte)
wij/zij/jullie fokten op (... wij opfokten)
hij heeft opgefokt
de/het/een opgefokte ....
opfokkend, opfokkende

Synoniemen
grootbrengen, jennen, kwellen, ophitsen, opstoken, opzwepen, pesten, sarren, tergen, treiteren

< >