Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

dubbelvouwen

betekenis & definitie

dubbelvouwen - regelmatig werkwoord
uitspraak: dub-bel-vou-wen

1. en tweeën vouwen, zodat de twee helften op elkaar liggen
je moet het servet eerst dubbelvouwen
1. dubbelgevouwen zitten of liggen
[erg in elkaar gedoken]

Regelmatig werkwoord: dub-bel-vou-wen
ik vouw dubbel (... ik dubbelvouw)
jij/u vouwt dubbel (... jij dubbelvouwt)
hij/zij vouwt dubbel (... hij dubbelvouwt)
wij/zij/jullie vouwen dubbel (... wij dubbelvouwen)
ik/jij/u/hij/zij vouwde dubbel (... ik dubbelvouwde)
wij/zij/jullie vouwden dubbel (... wij dubbelvouwden)
hij heeft dubbelgevouwen
de/het/een dubbelgevouwen ....

< >