De ruïne van de burcht Oostvoorne (J. van Beierenlaan ong.) ligt op een omgrachte kunstmatige heuvel. Op deze ronde motte werd in de tweede helft van de 12de eeuw een vierkante bakstenen donjon met overkluisde kelderruimte gebouwd.
Een eerste ringmuur verving men in de tweede helft van de 13de eeuw door een ringmuur met weergang op gemetselde spaarbogen en een ingangspoort. Aan de westzijde ontstond in de 14de eeuw een voorburcht.
Het kasteel kwam in 1373 in handen van de graaf van Holland en van 1401 en 1436 had Jacoba van Beieren het in leen. In 1534 sloopte men een deel van de voorburcht en in 1552 delen van de donjon en de poorttoren.
Ambachtsheer N.J.N. Lette liet de burcht in 1824 verder afbreken.
Nadat in 1934 de hoofdburcht was opgegraven en geconsolideerd, volgde in 1958 nader herstel. In 1971 zijn de grachten geschoond en in 1987 is een nieuwe toegangsbrug aangebracht.