Begraafplaatsen. Op het terrein van de buitenplaats ‘Het Huis te Crooswijk’ werd in 1828 de Alg. begraafplaats Crooswijk (Kerkhoflaan 1-5) gesticht.
De aanleg vond plaats in 1832 naar ontwerp van P. Adams, die tevens het streng neoclassicistische poortgebouw (neo-Grec; Crooswijksebocht 30-31) ontwierp.Ernaast verrezen naar plannen van G.J. de Jongh een drenkelingenhuis (1895), een wachtlokaal (1899) en een baarhuis (1899). Er volgden uitbreidingen aan de noordwestzijde (1880-1909) en de noordoostzijde (1913-'15). Tegelijk met de laatste uitbreiding een ‘begraafpark’ naar ontwerp van L.A. Springer kwam aan de zuidzijde een nieuwe ingangspartij tot stand met dienstwoningen en een aula in de vorm van een Grieks kruis, alles in neorenaissance-stijl naar ontwerpen van D.B. Logemann en met beeldhouwwerk van Ch. van Wijk. Een verdere uitbreiding (noordkant) volgde in 1931 met advies van J.T.P.
Bijhouwer. In het oudste gedeelte bevindt zich een opgehoogd grafperk met grafzerkenkwadrant en in het midden een zerkenrotonde. Hier rusten onder meer bankier J.R. Mees († 1837), rechter J. van Stolk († 1858), scheepsbouwer H. Veder († 1869) en de schilder C. Rochussen († 1894).
Van de andere verhoogde grafvakken (vijf klassen) was er oorspronkelijk één voor katholieken bestemd. Een ander perk werd rond 1900 gewijzigd in landschapsstijl met graven voor burgemeester F.B. 's Jacob († 1935) en mecenas W.H.N. van der Vorm († 1963). Andere belangrijke graftekens zijn die voor ds. H.J.R.G. Theesing († 1903; ontwerp N. Tinbergen), W. van Driel († 1941), H.
Bos († 1917), M. Dulfer van Hulst († 1920), burgemeester M.A.Z. Zimmermann († 1939) en zanger K. Speenhoff († 1945), en de bijbelzerk voor G.H. Kersten († 1948). Verder bevat de begraafplaats een ‘monument 1914-'18’ (G.A.
Bredow), erehoven voor de in 1940-'45 gesneuvelde mariniers en omgekomen burgers (beelden C. van Kralingen), een erehof voor de geallieerden en een hof voor de Vereniging Oud Militairen Indië (monument M. Struijs).
De R.K. Begraafplaats St. Laurentius (Nieuwe Crooswijkseweg 123) werd in 1864-'69 aangelegd op de voormalige buitenplaats Groenendaal. H.J. van den Brink ontwierp deze ommuurde vijfhoekige begraafplaats als een ‘campo santo’ met een neoromaanse arcade en dubbele grafkelders. De arcadeoverhuiving werd rond 1963 verwijderd; de zuilen zijn blijven staan. Een nieuw poortgebouw verrees in 1936 naar een traditionalistisch ontwerp van J.P.L.
Hendriks. Ter plaatse van de oorspronkelijke begraafplaatskapel staat een moderne aula gewijd aan de H. Maria der Engelen (2001, F. Houben). Achter de aula bevinden zich een cirkel met priestergraven en een kruisbeeld. Opvallend is de neoromaanse grafkapel met koepel en engelenbeelden voor snoepwarenfabrikant C.
Jamin († 1907). Andere interessante graftekens zijn die voor A.M. Middendorf († 1871), A.J.P. van der Lugt († 1923), jeneverstoker J.A. Coebergh († 1924) en L. Jamin († 1953; beeld H. Rehm).
De Alg. begraafplaats Oud Kralingen (Kralingseweg 334) ligt ter plaatse van de rond 1550 vernieuwde kapel van Oud Kralingen, die na de bouw van een nieuwe kerk aan de Hoflaan grotendeels werd gesloopt in 1844. Binnen de behouden onderste muurdelen ontstond een verhoogde zerkenvloer. Een uitbreiding van de begraafplaats in landschapsstijl volgde in 1876 naar plannen van W.C. Coepijn. De wit gepleisterde rouwkapel is uit 1934. Opvallend is de neoromaanse grafkapel voor P.
Kruyff Bartholomeus (1911). Van de hiermee vergelijkbare kapel voor de redersfamilie Smit resteert alleen nog de grafkelder. Andere forse graftekens zijn die voor de reder H. van Hoboken († 1924; ontwerp A. Pouderoyen) en J.H. Veder († 1927). De in 1895 gestichte Isr. begraafplaats (Toepad 65) heeft weenhuizen aan weerszijden van het toegangshek.
Rechts ligt de familiekamer annex opzichterswoning, links de gebedszaal en ernaast door een luchtspleet gescheiden het wachthuisje voor de kohaniem (hogepriester). Voor hem is ook de witte streep midden op het centrale pad aangebracht. Interessante graftekens zijn die voor S.R. Stokvis († 1908), J. Stokvis († 1911) en M. Boud († 1920), alle met een afbeelding van een waterschenkende kan. Op de begraafplaats bevinden zich ook de grafzerken van David Imanuel de Pinto († 1640) en Abraham d'Oliveyra (1674), overgebracht van de in 1613 gestichte Portugees-Joodse begraafplaats aan de J. van Loonslaan, evenals de grafstenen en stoffelijke resten van de in 1737 gestichte Hoogduitse begraafplaats aan de Dijkstraat (geruimd 1948).
De Alg. begraafplaats Charlois (Charloisse Lagedijk 680) werd in 1924 gesticht toen de in 1829 gestichte begraafplaats aan de Sluisjesdijk plaats moest maken voor de Waalhaven. De aula (1924) is een traditionalistisch ontwerp van G.A. Bestebreurtje. Van de oude begraafplaats komt het postament met gebroken zuil voor de scheikundige A.G. Pieper († 1900). In art decó-vormen uitgevoerd is het grafteken voor G.
Dura († 1929). De Alg. Zuiderbegraafplaats (Slinge 50) ontstond in 1938 naar ontwerp van F. Theeuwis en werd vanwege het bombardement van 14 mei 1940 eerder dan gepland opengesteld. De in 1953 uitgebreide begraafplaats heeft een katholiek, een algemeen en sinds 1971 ook een islamitisch gedeelte.