Monumenten in Noord Holland

R. Stenvert en C. Kolman (2006)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Stedelijk Museum in Amsterdam

betekenis & definitie

Het Stedelijk Museum (P. Potterstraat 13) werd in 1891 gesticht uit een legaat van S.A. de Bruyn, douairière Lopez Suasso, onder meer als huisvesting voor de kunstcollectie van S.A.

Lopez Suasso-De Bruyn en voor de ‘Driejaarlijksche Tentoonstelling van werken van Levende Meesters’.Het museum verrees in 1891-'95 naar een rijk neorenaissance-ontwerp van stadsarchitect A.W. Weissman als tegenhanger van het Rijksmuseum, dat te gotisch werd bevonden en te nauwe openingen en een gebrekkige belichting zou hebben. Na een buitenlandse studiereis koos Weissman voor een ruime entree met centrale trap, uitkomend op een erezaal. De beide vleugels kregen gekoppelde zalen met bovenlicht en op de hoeken hoekzalen en kabinetten aan voor- en achterzijde. De op het maniërisme geïnspireerde buitenzijde met hoekpaviljoens, diverse Vlaamse dakerkers en een middenpartij met risaliet en trapgevel werd in 1912-'24 voorzien van beelden van Amsterdamse architecten en kunstenaars, zoals Hendrick de Keyser (E. Jacobs), Pieter Aertsen en Joost Jansz Bilhamer (T. van Reijn), Jacob van Oostsanen (B.

Ingen Housz), Jan van der Heyden (C. Demmink), Thomas de Keyser (C. Vos) en Jacob van Campen (A. Hesselink). Het interieur, waarin gekleurde steensoorten waren gebruikt, was in 1938 onder conservator W. Sandberg al voornamelijk wit geworden.

Aan de zijde van de Van Baerlestraat is in 1954 met een legaat van E. vom Rath de Nieuwe Vleugel ontstaan naar ontwerp van de Dienst Publieke Werken (J. Sargentini en J. Leupen) en F.A. Eschauzier (interieur). Een plan voor de nog te verwezenlijken uitbreiding is gemaakt door bureau Benthem & Crouwel.

< >