Monumenten in Noord Holland

R. Stenvert en C. Kolman (2006)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Het station in Haarlem

betekenis & definitie

(Stationsplein 5-11) [121] werd in 1905-'08 gebouwd voor de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (H.IJ.S.M.) naar een ontwerp in rationalistische stijl met jugendstil-elementen van D.A.N. Margadant, ter vervanging van een stationsgebouw uit 1867 (eerste station 1842).

Het front wordt gevormd door twee in omvang verschillende gebouwen (ingang en uitgang) met daartussen een rijtuigoverkapping. De door vierkante torens geflankeerde middenpartij van het brede ingangsgebouw heeft een groot halfrond venster en een reliëfvoorstelling van Victoria. De met houten netgewelf overdekte ingangshal is versierd met tegeltableaus voorstellende Industrie en Landbouw (firma Rozenburg). Betegelde onderdoorgangen met troggewelven op stalen liggers leiden naar het eilandperron. Daarop staan drie in jugendstil-vormen uitgevoerde gebouwen met wachtkamers en de restauratie; het houten seinhuis op het westelijke blok werd in 1915 toegevoegd. De perrongebouwen zijn versierd met tegeltableaus van de firma's Rozenburg en Goedewaagen.

Het houtsnijwerk is van Jac van den Bosch. Er zijn ook tegeltableaus ter ere van 100 jaar spoorwegen en het eeuwfeest van de Haarlemse stationskruiers (1939). Aan de noordzijde is in 1952-'53 een extra perron toegevoegd (K. van der Gaast).

Het station heeft een gecompliceerde perronoverkapping (1908), ontworpen door H.W.M. Werker en vervaardigd door de Nederlandsche Fabriek van Werktuigen en Spoormaterieel te Amsterdam. De afwisselend lage en hoge beuken van de overkapping zijn opgebouwd met stalen vakwerkboogspanten. De enkele overkappingen aan de uiteinden zijn voorzien van luifels.

Bij de verhoging van het spoor rond 1905 zijn spoorwegviaducten aangelegd over de Jansweg, de Kruisweg en de Kinderhuissingel. De ronde ijzeren kolommen van deze viaducten hebben achtzijdige basementen en kapitelen.

< >