Gepubliceerd op 02-01-2020

Winkels in Venlo

betekenis & definitie

Winkels. Een goed voorbeeld van een stedelijk complex winkels met bovenwoningen is Gasthuisstraat 26-32, gebouwd in 1889 in neorenaissance-stijl naar plannen van Joh.

Kayser. Vermoedelijk eveneens van zijn hand is de winkel Vleesstraat 13 (1880).

Voorbeelden van winkels op straathoeken met als accent torenvormige erkers of andere bekroningen zijn Vleesstraat 31 (1899), ontworpen door J. Keuller, Geldersepoort 23 (circa 1900) en Parade 35 (1905).

Ook de door L.H. Bours in 1901 ontworpen winkel Parade 19 heeft een opvallende bekroning in de vorm van een dakerker met schilddak, gedekt door Franse Gilardonische dakpannen.

Voorbeelden van winkels met jugendstil-achtige details zijn Parade 25 (1902; ontwerp H. Seelen) en Tegelseweg 10 (1915; A.

Holten). Een vroeg ontwerp van J.H.J.

Kayser is het in 1919 gebouwde voorm. winkelhuis Bervoets, nu ‘Bedaux’ (Peperstraat 6) met expressionistische details en een hoekaccent in de vorm van een koepeltje.

Eveneens expressionistisch is het in 1930 naar plannen van O.

Leeuw gebouwde warenhuis Vroom & Dreesmann (Vleesstraat 34-42). Het woon- en winkelcomplex Parade 92 kwam in 1939-'40 tot stand naar ontwerp van B.

Hendrix, die ook de naastgelegen poort naar de tuin van het klooster Mariaweide ontwierp. In wederopbouwvormen uitgevoerd is het woon- en winkelcomplex St.-Jorisstraat 1-37 (circa 1950).

< >