Huis Amstenrade (Hagendorenweg 1) werd in de late 13de- of vroege 14de eeuw gesticht door het geslacht De Vrien, en was vanaf 1350 in bezit van het geslacht Huyn. Het oorspronkelijke kasteel had drie ronde en één vierkante toren.
Deze laatste nog bestaande hoektoren werd waarschijnlijk gebouwd kort na 1609 in opdracht van Arnold Huyn van Amstenrade en kreeg later de koepelvormige bekroning met lantaarn. Het kasteel en de graafschappen Amstenrade en Geleen werden in 1779 gekocht door de Luikse bankier Nicolas Willems.
Hij liet het kasteel grotendeels afbreken en de gracht dempen. De Luikse architect Bartholomé Digneffe ontwierp een nieuw U-vormig huis in Lodewijk XVI-stijl.
Slechts de middenvleugel (1781-'82) en de linker zijvleugel (1784) zijn gerealiseerd; Willems stierf in 1788. Een oude hoektoren vormt de verbinding tussen de twee onderkelderde drielaags vleugels met okergeel geschilderde bakstenen gevels voorzien van mergelstenen pilasters.Het interieur werd in opdracht van Nicolas Willems rijk gedecoreerd door Luikse kunstenaars. Zo beschilderde P.M. de Lovinfosse de torenkamer (salon) met pastorale wandschilderingen op linnen en een slaapkamer met alkoof met ‘Chinese’ taferelen op rijstpapier. De schilderingen in beide vertrekken zijn ontleend aan gravures naar het werk van de schilder François Boucher. Vermoedelijk vervaardigde François de Tombay een deel van de stucreliëfs in diverse vertrekken, zoals in de ronde eetkamer waar ook een geschilderde trompe-l'oeil-koepel is aangebracht. Verder bevindt zich hier een empire-schouw (1808) die geplaatst is door André Dumont. In opdracht van Jean Baptiste graaf De Marchant et d'Ansembourg werden na 1806 diverse vertrekken gemoderniseerd in de empire-variant van het neoclassicisme.
Met name in de ronde eetkamer en de Chinese Kamer is dit goed zichtbaar. In 1813-'14 kregen de appartementen van de gravin een inrichting in empire-stijl. Verder brachten de gebroeders Bolle in de ‘Chinese’ kamer, de ronde eetkamer en in enkele vertrekken op de verdieping decoratief stucwerk in empire-stijl aan. Het van 1779 daterende plafond in de vestibule werd eind jaren twintig van de 20ste eeuw vervangen door geprefabriceerde ornamenten van carton-pierre. Het park in rijpe landschapsstijl werd rond 1815 ontworpen door M.F. Weyhe op basis van een eerder ontwerp van G.
Duckers (circa 1808) in opdracht van Jean-Baptiste graaf de Marchant et d'Ansembourg. De hoofdstructuur wordt bepaald door twee zichtassen en een rondgaand pad. In de noordoosthoek staat ter afsluiting van een zicht-as een waarschijnlijk tussen 1815 en 1826 gebouwde folly, mogelijk naar plannen van C. Schäffer. Het is een kunstmatige ruïne in de vorm van een deels onder de grond gelegen koepelgrot. Aan weerszijden bevindt zich een tunnel, waarvan er één uitkomt onder een rotsbrug.
Schäffer ontwierp ook de tussen 1815 en 1821 gebouwde neoclassicistische oranjerie. Tegen de korte zijden daarvan staan kassen. In het park bevinden zich verder enkele bijgebouwen zoals een koetshuis die tussen 1784 en 1788 werden gebouwd en vanaf 1836 zijn uitgebreid. De nabijgelegen voorm. rentmeesterwoning ‘De Streek’ (Hommerter Allee 1) is een blokvormig neoclassicistisch pand met mansardeschilddak, gebouwd rond 1856.