Gepubliceerd op 02-01-2020

Hoogcruts in Noorbeek

betekenis & definitie

Hoogcruts. Gehucht ten oosten van Noorbeek, ontstaan bij het voorm. sepulchrijnenklooster ‘Hoog Cruts’ (Hoogcruts 9).

Dit klooster verrees in 1496 bij een in 1428 voor het eerst vermelde H. Kruiskapel.

Na een brand in 1579 volgde herbouw in 1603. Het huidige U-vormige kloostergebouw dateert echter van een bouwcampagne in 1729-'41.

De zuidvleugel bevat de in 1785 toegevoegde kapel. Na de opheffing van het klooster in 1798 heeft men de oostvleugel verbouwd tot landhuis en de kapel tot schuur.

De in 1870 bij brand aangerichte schade werd hersteld in 1873 (landhuis) en 1879 (kapel). In 1979 werd het pand echter opnieuw door brand geteisterd.

De met vensteromlijstingen in Naamse steen uitgevoerde noordvleugel heeft het best zijn 18de-eeuwse karakter bewaard. De op deze vleugel aansluitende U-vormige kloosterhoeve is voorzien van de jaartalstenen ‘1669’, ‘1713’ en ‘1717’.

Uit de tweede helft van de 18de eeuw dateert het voorm. tolhuis (Schilberg 11) met hardstenen deuromlijsting en bolkozijnen.

In oorsprong 18de-eeuwse zijn de gedeeltelijk in vakwerk uitgevoerde boerderijen Schilberg 13-15 en Schilberg 36-38.

De gesloten hoeve Hoogcruts 10 is getuige een tijdvers gebouwd in 1835. Aan de kruising van Maastrichterweg en Schilbergerweg staan een 19de-eeuwse gietijzeren wegwijzer, een overdekte zwingelput (vernieuwd 1922) en een wegkapel (1946).

< >