Het voorm. ursulinenklooster ‘St. Calvaire’ (Oude Markt 5-7) ligt op de plaats van een middeleeuwse motteburcht.
De kern van het grote gebouwencomplex wordt gevormd door het tussen de Dominicanenwal en de Oude Markt in noord-zuidrichting gesitueerde Huis op den Berg. Dit in 1642 voor Johan Maes herbouwde drielaags pand heeft een 16de-eeuwse kern.
In de 18de eeuw werden vensters en interieur gewijzigd en in 1843 werd het betrokken door de zusters ursulinen, die er een meisjespensionaat stichtten. In 1860-'61 volgde een verlenging van het huis in zuidelijke richting.
Het gelijktijdig haaks toegevoegde pensionaat met neogotische invloeden was de eerste van diverse nieuwe drielaags vleugels met souterrain. In 1871-'74 kwam aan de noordwestzijde een internaat met traptoren tot stand.
De in 1875-'77 opgetrokken kloosterkerk O.L. Vrouwe van het H.
Hart werd in 1887 via een sacristie met daarboven een ziekenkamer in verbinding gebracht met het oude huis. Aan de noordoostzijde staat een in 1892 gebouwde kloostervleugel met neogotische interieurdetaillering, mogelijk ontworpen door Joh.
Kayser.
Begin 20ste eeuw volgden opnieuw uitbreidingen.
Zo werd in 1906 de derde verdieping van het Huis op den Berg (inclusief verlenging) vernieuwd en werd een vierde verdieping toegevoegd naar plannen van H. Seelen.
Hij ontwierp ook de herbouw en verlenging (met traptoren) in 1916 van het in 1915 door brand verwoeste deel van de 19de-eeuwse noordwestvleugel. Het internaat kreeg in 1911 een veranda met bakstenen hoektorentje.
In 1934 verlengde men de noordoostvleugel naar plannen van J.F.A. van Beek. Tevens vonden wijzigingen in het pensionaat plaats.
Het nu door de Lerarenopleiding Fontys gebruikte complex bevat interieuronderdelen uit alle genoemde bouwfasen, waaronder ook 17de-eeuwse stucplafonds. In het voorm. kloosterpark aan de noordzijde bevindt zich de begraafplaats van de zusters ursulinen.