Gepubliceerd op 02-01-2020

Woonhuizen in Appingedam

betekenis & definitie

Woonhuizen. Er zijn vrij veel oude huizen in Appingedam bewaard gebleven, al zijn ze bij latere verbouwingen veelal wel voorzien van jongere gevels.

De bezitters van de oudste stenen huizen, de zogeheten ‘Edele Heerden’, waarvan er in 1458 76 werden genoemd, speelden een rol bij de middeleeuwse rechtspraak in de stad. Deze huizen waren verdeeld in vier ‘kluften’; de Dijkstraat-oosterkluft, de Dijkstraat-westerkluft, de Solwerderkluft en de Broederkluft.

De meeste van deze ‘Edele Heerden’ staan aan de noordzijde van de Solwerderstraat en aan de zuidzijde van de Dijkstraat.Het woonhuis Dijkstraat 30 (aan de achterzijde bekend als Wijkstraat 25) heeft een 13de-eeuwse kern, waarvan in de kelder resten van een gewelf zichtbaar zijn. In de 15de eeuw werd dit diepe huis aan de linkerzijde verenigd met een ander huis waarvan twee balken dendrochronologisch in 1483 zijn gedateerd. In 1524 en 1558 is hier verder aan gebouwd. In de 18de eeuw werd het geheel aan de Wijkstraat uitgebreid met een dwars pand voorzien van schilddak en hoekschoorstenen. In de tuin staat een achtkante theekoepel uit omstreeks 1910. Het drielaagse diepe huis Dijkstraat 32 (aan de achterzijde bekend als Wijkstraat 27) heeft een mogelijk 14de- of 15de-eeuwse kern.

Ook dit pand werd in de 18de eeuw uitgebreid en kreeg toen een diepe achterbouw. In de tuin staat een zeskante theekoepel uit omstreeks 1905. Dijkstraat 24 is een diep pand met 14de-eeuwse kern. Aan de achtergevel, zichtbaar vanuit de ernaast gelegen steeg, bevinden zich uit die tijd enkele spitsboognissen met bakstenen kraagsteentje, voorzien van met siermetselwerk. Het pand is in de 16de of het begin van de 17de eeuw ingrijpend verbouwd. De voorgevel dateert uit de 19de eeuw.

Een interessante groep vormen de dwarse huizen op de ondiepe percelen tussen de Solwerderstraat en het Damsterdiep. Aan de kant van het Damsterdiep hebben enkele van deze huizen uitbouwen met lessenaarsdak; zogeheten ‘hangende keukens’.

De panden zijn in 1980-'83 gerestaureerd, waarbij de hangende keukens grotendeels zijn vernieuwd. Het gaat om de huizen Solwerderstraat 10, 12 en 14, alle met een laat-middeleeuwse kern. Het laatstgenoemde kreeg omstreeks 1880 een gepleisterde gevel, waarbij in de sierblokken bewust gekleurde glasscherven zijn verwerkt.

Het huis Blankenstein (Blankenstein 2) is de meest westelijke ‘Edele heerd’. Op de middeleeuwse kelder staat een mogelijk nog 18de-eeuws woonhuis, waar in de 19de eeuw aan de kant van het Damsterdiep een pakhuis is aangebouwd. Een middeleeuwse kern hebben mogelijk ook de huizen Solwerderstraat 3 en 33, Gouden Pand 5, 7 en 4; het laatste met een 17de-eeuwse kapconstructie. In de eerste helft van de 17de eeuw zijn diverse diepe huizen gebouwd. Veel daarvan hebben bij latere verbouwingen hun topgevel verloren. Voorbeelden zijn Gouden Pand 6, 12, 16 en 18 (1631), alsmede Solwerderstraat 4, 66 en 62; het laatste heeft bij de achtergevel de jaartalankers ‘1611’.

Het met jaartalankers op 1619 gedateerde huis Dijkstraat 4 is rond 1880 in eclectische vormen verbouwd. Op 1674 gedateerd is Solwerderstraat 31, een wat naar achteren liggend, gepleisterd pand met puntgevel. Het pand met tuitgevel Solwerderstraat 18 heeft in de voorgevel 17de-eeuwse details en in de achtergevel de jaartalankers ‘1786’. Het pand is in 1938 gerestaureerd en kreeg in 1974 een nieuwe pui in oude trant. Uit de tweede helft van de 18de eeuw stammen de brede huizen Gouden Pand 1 en Gouden Pand 10, beide voorzien van een schilddak met hoekschoorstenen. Het gepleisterde en onderkelderde brede huis Solwerderstraat 29 draagt de datering 1763 en heeft aan de voorzijde stoeppalen.

Filadelfia (Broerstraat 2-4) is een gepleisterd dwars pand met een dakbalustrade en een hoger middendeel dat is voorzien van een neoclassicistisch fronton. Het werd rond 1800 gebouwd als notariswoning.

Het brede pand Solwerderstraat 32 is in aanleg vroeg-19de-eeuws en kreeg in het midden van die eeuw een nieuwe gevel met een deels gepleisterd middenrisaliet. Het interieur heeft sierstucwerk in gang en kamers.

Het uit omstreeks 1880 daterende, brede hoekpand Gouden Pand 25 heeft een hoog oprijzend middenrisaliet met portiek en hijsbalk. Eclectisch van vorm zijn het gepleisterde hoekpand Bolwerk 60 en Solwerderstraat 1, beide uit omstreeks 1880, en de villa's Gaudio Nostro (Stationsweg 37) en Stationsweg 14, beide uit omstreeks 1890. Vergelijkbaar is Stationsweg 1 uit 1886, met een driezijdig gesloten uitbouw en een open veranda met gietijzeren zuiltjes. De kapitale villa Buitenlust (Stationsweg 25-35) werd in 1892 gebouwd in neorenaissance-vormen naar plannen van J.P. Hazeu voor B. Cleveringa.

De villa is in 1985 tot appartementen verbouwd. Uit 1900 dateert Hilghe-Stede (Heiliggravenweg 2), een villa met koetshuis in neorenaissance-vormen. Eenvoudiger is het ongeveer even oude neorenaissance-pand Solwerderstraat 53. Jugendstil-invloeden en chalet-elementen vertonen de grote villa's Stationsweg 12 en Koningstraat 30 met aangebouwde erker beide uit omstreeks 1910.

Expressionistisch van vorm zijn onder meer de villa's Wilhelminaweg 10 (1930) en Wilhelminaweg 20 (1932). Snelgersmastraat 6 is een vrijstaande villa in lichtgele baksteen, gebouwd in 1938 met invloeden van het Nieuwe Bouwen.

< >