Wierdedorp met een enigszins radiale structuur, waarschijnlijk ontstaan in de vroege middeleeuwen op de oostelijke kwelderwal van de Hunze. Aan de kerk die in 1211 reeds werd genoemd, was een van de vijf proostdijen of dekenaten van de Ommelanden verbonden.
Deze belangrijke kerkelijke positie verloor het dorp bij de Reformatie in 1594. Tot het midden van de 19de eeuw bleef de bebouwing vrijwel beperkt tot de wierde.
Vooral na de aanleg van de spoorlijn Sauwerd-Roodeschool (1893) en de bouw van het station breidde het dorp zich naar het oosten uit. Er werden onder meer rentenierswoningen voor gepensioneerde boeren gebouwd.
Na de Tweede Wereldoorlog werd Baflo naar het zuiden uitgebreid.