Gepubliceerd op 02-01-2020

De Schierstins in Veenwouden

betekenis & definitie

De Schierstins (Hoofdstraat 1) bestaat uit een drielaags torengedeelte met schilddak, geflankeerd door een slank tweelaags bouwdeel met klokgevel en twee eenlaags aanbouwen. De verdedigbare stins of steenhuis verrees in de 13de eeuw en werd ‘Idszengha gûde’ genoemd.

Oorspronkelijk was de toren alleen op de verdieping toegankelijk. De op grondbogen opgetrokken onderste bouwlaag lag tot halve hoogte in een aarden heuvel; net boven de kruin van die heuvel werden schietspleten aangebracht.

Mogelijk nog eind 13de eeuw werd de toren verhoogd met een van kantelen voorziene derde verdieping. Verder heeft men toen de heuvel afgegraven, de bogen gedicht en de begane grond als ‘kelder’ in gebruik genomen en voorzien van een nieuw gewelf.

In 1436 kwam de toren in bezit van de in het grijs (schier) geklede monniken van het cisterciënzerklooster Klaarkamp. Tot 1596 werd de Schierstins door hun hofmeesters bewoond.

In 1661 kwam het goed in bezit van Petrus Mellema en Sophia Maria Domans en werd de toren aan de oostzijde met een eenlaags gebouw uitgebreid. Eind 18de eeuw verrees het bouwdeel met klokgevel.

Thijs Feenstra, burgemeester van Leeuwarden, liet na de aankoop van het gebouw in 1814 de lage oostaanbouw verlengen en aan de noordzijde een tweede beuk optrekken. Van 1893 tot 1916 diende het pand als marechausseekazerne.

De sterk verwaarloosde toren werd in 1905-'06 gerestaureerd onder leiding van architect Koldijk naar tekeningen van A.

Mulder.

In 1961-'65 is de toren naar plannen van A. Baart jr. naar de middeleeuwse toestand gereconstrueerd en zijn op één na alle later aangebrachte vensters gedicht.

In 1991 volgde nog een nadere restauratie. Inwendig zijn op de begane grond de spaarbogen en schietgaten nog goed zichtbaar.

In de noordvleugel bevindt zich een 18de-eeuwse rococo-schouw, afkomstig uit Paesens. Momenteel is het gebouw in gebruik als cultureel centrum.

< >