1. hoer: Een begoochelende juffer-in-het-groen met gaatjeskousen, lachte gestolen naar hem toe. In een zet en een wet zou dronken Karel gepiept zijn, dacht de hittige deern, QUERIDO 4, 226;
2. likeur, vervaardigd uit schillen van diverse citrusvruchten, knoppen van Aalst, bloemen van steranijs, pepermuntblad en kaneel: Geef mij maar een modderbadje of een juffertje in het groen, drinklied van vrouwelijke studenten.