het omzetten of uiteenvallen van gesteenten onder invloed van de atmosfeer en biosfeer. Bij fysische verwering is er alleen sprake van uiteenvallen.
Bij verwering door vorstwerking zet het in fijne gesteentespleten gedrongen water bij bevriezing uit en drukt het gesteente uiteen. Dit proces speelt b.v. een rol bij bouwmaterialen. Zo blijken dakpannen beter tegen vorstverwering bestand te zijn, naarmate er relatief meer grove poriën zijn. Ook bij vorstschade aan wegen en bruggen speelt dit proces een rol. Aangenomen wordt dat sterke verhitting door de zon (insolatie) en nachtelijke afkoeling ook leiden tot uiteenvallen, hoewel dit door laboratoriumonderzoek nog niet voldoende is aangetoond. Ook door het uitkristalliseren (volumetoename) van zouten in gesteenteporiën, of de opname van water door zoutkristallen kan gesteente uiteenvallen.
Deze vorm van verwering wordt o.a. aangetroffen aan rotsachtige zeekusten (door opspattend zeewater) en in woestijngebieden (door kristallisatie van in opstijgend grondwater opgeloste zouten). Bij het overbrengen van stenen monumenten e.d. van gebieden in droge naar gebieden in vochtige klimaten moet men hiermee rekening houden. Een Egyptische obelisk die naar New York werd verplaatst, bleek al na twee jaar last van zoutverwering te krijgen, een gevolg van de grote luchtvochtigheid. Vandaar dat men de tempel van Taffeh (Egypte) in een van airconditioning voorziene ruimte heeft opgesteld (Leiden).In gesteenteporiën aanwezige klei kan door zwelling aanleiding geven tot technische problemen bij funderingen. Boomwortels kunnen door diktegroei gesteente (ook wegbedekking) uiteendrukken. Deze biologische verwering is duidelijk herkenbaar bij verharde wegen en paden waarlangs bomen staan.
Bij chemische verwering treden reacties op tussen de mineralen in een gesteente en water, kooldioxide, humuszuren en zuurstof. Zo bevat regenwater een geringe hoeveelheid kooldioxide. Na in de bodem gedrongen te zijn, neemt de hoeveelheid kooldioxide toe door biologische activiteit in de bodem. Dit opgeloste kooldioxide zorgt voor een verlaging van de pH, waardoor chemische verwering wordt bevorderd. Verontreinigingen in de lucht, zoals zwaveldioxide en stikstofoxiden, dragen bij tot een verzuring van de neerslag. Vooral goed oplosbare gesteenten, zoals kalksteen, gips en dolomiet, worden hierdoor sterk aangetast.