Gepubliceerd op 01-12-2020

slaapstad

betekenis & definitie

benaming voor een nieuwe stad en een uit zijn krachten gegroeid dorp die iedere ochtend een uittocht te zien geven van mensen die elders werken; ’s avonds keren zij terug om te slapen.

Slaapsteden zijn ontstaan doordat veelal de werkgelegenheid in de desbetreffende stad of het betrokken dorp het tempo van de woningbouw niet heeft kunnen volgen. Dikwijls zijn daar oorzaken voor aan te wijzen, zoals excentrische ligging, infrastructuur die te laat klaar komt en onvoldoende management en scholing in het ontvangend milieu, waardoor de eenmaal opgelopen achterstand in werkgelegenheid niet of nauwelijks meer valt in te halen. Veel slaapsteden hebben door het hoge tempo van de woningbouw niet de kans gekregen zich harmonisch te ontwikkelen, waardoor het woonklimaat er soms minder goed is. Iets wat nog versterkt wordt door de uniformiteit van de bouwplannen (identieke rijtjeshuizen).

De slaapsteden vindt men vooral in de nabijheid van de grote stedelijke agglomeraties in het westen van Nederland. Niettemin ligt een aantal op zo grote afstand van de werkgebieden, dat veel tijd en energie verloren gaan aan woon-werkverkeer. Voorbeelden zijn Lelystad, Almere, Purmerend en Nieuwegein.

In België bestaan er geen voorbeelden van echte slaapsteden, omdat er recentelijk geen volledig nieuwe steden zijn ontstaan, ook niet in de buurt van de geïndustrialiseerde centra. De uitbreiding van de bebouwing gebeurde nl. versnipperd. Wel treft men rond de steden als Brussel, Antwerpen, Gent en Luik een belangrijke woon-werkpendel aan naar de voorsteden en de kleinere steden die de grote stad omringen (b.v. Mechelen, Leuven, Aalst en Waver voor Brussel, Sint-Niklaas en Lier voor Antwerpen).

< >