apparaat om de uitlaatgassen van een automotor verder te verbranden ten einde schonere uitlaatgassen te verkrijgen.
Bij de thermische naverbrander wordt in de motor een rijk brandstofmengsel gebruikt, zodat er weinig stikstofoxiden ontstaan. Het hoge gehalte aan koolmonoxide en koolwaterstoffen wordt in de naverbrander dan verder verbrand tot kooldioxide en water. Doordat de temperatuur in de naverbrander evenmin erg hoog oploopt, ontstaan er nauwelijks stikstofoxiden. Het rendement van de motor neemt door het toepassen van een rijk brandstofmengsel ca. 10 % af.
Bij de katalytische naverbrander worden de uitlaatgassen geleid langs een katalysator die stikstofoxide omzet in stikstof, en vervolgens langs een katalysator die koolwaterstoffen en koolmonoxide reduceert tot kooldioxide en water. Wel moet daartoe een extra hoeveelheid lucht geïnjecteerd worden. Een katalytische naverbrander heeft als nadelen dat het brandstofverbruik iets toeneemt en dat de verbrander een korte levensduur heeft, doordat de loodverbindingen uit de benzine de katalysator aantasten.
